(03/06/2008) Het onbestemde gevoel van vanochtend krijgt meer en meer een gezicht. Het is een rouwdag vandaag. Een dag in het teken van de dood, Yoland, Yoland’s dood en mijn angst voor een plots einde. Ineens het besef hoe rampzalig het is, als je iemand moet bellen met de mededeling dat een naaste is gestorven. Dat is toch iets, wat je eigenlijk niemand wilt aandoen. Het is ook niet mijn dood, waar ik mee worstel, maar dat waar ik anderen door mijn overlijden mee opzadel: het geregel, het bekend maken, de oude rommel, de hele toestand waar ik dan zelf niet meer toe in staat ben.
De trigger? Het laatste facturen-boekje waarop in Yoland’s handschrift als begindatum is geschreven: 21-10-05 …… exact twee jaar voor haar overlijden heeft Yoland dat neergeschreven. Het zijn dit soort kleine dingen, die het wankele evenwicht uit balans tikken in een emotionele neerwaartse spiraal. Zou huilen werkelijk helpen. Ik wil wel schreeuwen, gillen, brullen, zou mijn pijn ongetemd naar buiten willen laten komen. Het moet, laat maar komen, maar waarom nou? Is het de vanzelfsprekendheid waarmee het leven verder gaat, die me teveel is geworden en m.n. mijn eigen deelname daaraan? Het is af en toe alsof er niets gebeurd is, alsof het leven ongestoord verder gaat.
Ik kom “gewoon” weer even op beide benen in de werkelijkheid terecht. Het ging effe te soepel, onwerkelijk soepel en nu voel ik het zand weer dat nog steeds overal tussen de raderen zit, knarst en blokkeert. Ik geef er maar aan toe, ontkennen heeft geen zin en kan ik ook niet. De verwerking van mijn pijn, mijn verdriet om Yoland’s verlies, het zoeken en vinden van Yoland’s nieuwe plek is een stuk belangrijker dan een beetje grasmaaien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten