woensdag 1 juni 2011

Moedertje Bijou

(21-03-2001) Na een aantal weken op vrijersvoeten enige katers het hoofd op hol gebracht te hebben, heeft onze kleine Bijou ergens rond half januari gekozen voor het pad van moeder Natuur. Welke kater zou het zijn geworden?? De Witte die al weken lang trouw iedere dag de berg afdaalt en na wat omtrekkende bewegingen ‘s avonds ergens rondom ons huis opduikt?? Of de halflangharige zwart-witte kater die al bijna een jaar de voerbakken leegt als we ze vergeten binnen te halen?? Of allebei, want dat schijnt ook te kunnen.

 Binnen een aantal weken was de situatie helder. De buik werd meer em meer een ballonnetje, de tepels groeiden en moeders raakte erg geïnteresseerd in alle mogelijke en onmogelijke hoeken en andere verborgen plekjes. Aan haar dagritme -inclusief de nachtelijke jacht- veranderde niets. Lange wandelingen leken haar niet te vermoeien en een boom in schieten was ook absoluut geen probleem.

 Acht weken zou de dracht duren. Bijou was dus om en nabij de 15e maart uitgerekend, zoals dat heet. Inmiddels was haar stekkie klaar, maar zij had duidelijk nog geen oren naar bevallen. Het duurde nog bijna een week voordat haar bewegingen iets slepends kregen en ze helemaal ‘het heen en weer had'. Tegen een uur of zeven ‘s avonds was het dan zover. De weeën volgden elkaar in steeds hoger tempo op, waarbij ze je aan kon kijken met een blik van ‘wat is er nu aan de hand?'.
Een half uurtje later floepte het eerste katje naar buiten. De witte kater was duidelijk aan het werk geweest. Juultje was bijna geheel wit met wat rooie vlekjes en -net als vaders- een rooie staart. Bijou nam de tijd om het jong helemaal schoon en droog te likken, even op adem te komen en zich weer voor te bereiden op de volgende. Nummer twee -Beertje- leek nog sprekender op z'n vader en dat niet alleen vanwege z'n geslacht, dus nog witter en wederom die rooie staart. Bij nummero drie hadden de genen van moeder's kant wat meer inspraak gehad. Hoewel nog best wit had deze aardig wat zwart/grijze tekeningen op haar lijffie: onze Droppie.

 Vooraf hadden we onszelf voorgenomen dat we drie kleintjes zouden houden, in het midden latend wat met nummer vier en verder zou moeten gebeuren. Een eerste nest is meestal niet zo omvangrijk, hoopten we tenminste heel hard. Nummer vier was uiteindelijk waarschijnlijk ook wel gebleven, maar gelukkig hield het baren op bij drie en konden we dus waarmaken wat we ons voor hadden genomen: ze mochten allemaal (in leven) blijven. Het duurde nog wel even voordat het definitieve aantal duidelijk was, omdat Bijou aardig omvangrijk bleef, ook na de geboorte van de drie kleintjes. Na een vroege ochtendwandeling stapte de volgende dag echter de oude bekende, kleine en slanke Bijou trots de bijkeuken binnen om zich aan de kleintjes te wijden alsof ze nooit iets anders gedaan had.......

Geen opmerkingen:

Een reactie posten